Startpagina / Hoofdstuk 4: Zwarte gaten
De overgangszone ligt tussen de buitenste kritieke zone en de binnenste kritieke zone. Het is een werklaag die drukpulsen kan opvangen, korte tijd kan opslaan en vervolgens ritmisch kan vrijgeven. Aan de binnenzijde dempt zij de “kokende” spanningen nabij de kern; aan de buitenzijde is zij de eerste plek waar inkomende verstoringen worden geabsorbeerd, verstrooid en herschikt zodra zij de regio nabij de waarnemingshorizon bereiken. Daardoor bepaalt deze laag in hoge mate het “temperament” van een zwart gat—eerder opvliegend of eerder gelijkmatig.
I. Positionering: de tussenlaag die druk draagt, opslaat en vrijgeeft
- Druk dragen: Afschuiving en herverbinding in de dichtbewoonde “filamentzee” aan de binnenkant sturen spanningspulsen deze laag in; ook verstoringen door licht en deeltjes van buiten worden hier opgevangen.
- Druk opslaan: Dankzij beperkte elasticiteit en viscositeit zet de laag een deel van de onmiddellijke input om in kleine verhogingen van lokale kromming en micro-geometrische bijstellingen, die kortstondig worden opgeslagen.
- Druk vrijgeven: Zodra een drempel is bereikt, of wanneer de geometrie gunstig uitlijnt, geeft de laag de opgeslagen druk in porties terug aan de buitenste kritieke zone en aan de binnenste regio—vergelijkbaar met één ademhaling.
II. Drie kernfuncties
- Opslaan en vrijgeven: het moment omzetten in ritme
De overgangszone vertaalt scherpe input van binnen en buiten naar gegroepeerde, kleine uitgangen. Eerst “archiveert” zij energie en spanning als lokale krommingsverhogingen en micro-geometrische aanpassingen; vervolgens laat zij die over een langere tijdswindow stapsgewijs vrij. Zo wordt “algehele gelijktijdige instabiliteit” nabij de horizon voorkomen en verloopt het wijken van de buitenste kritieke zone milder en beter beheerst. Een dikkere laag slaat meer op en geeft gladder vrij; een dunnere laag slaat minder op en geeft scherper vrij. - Uitlijnen en verlengen: kleine rimpels in het gelid zetten
In de laag is de afschuiving uitgesproken. Die trekt verspreide micro-rimpels recht langs een voorkeursrichting en vormt gaandeweg langere, smallere banden. Liggen zulke uitgelijnde banden naast elkaar, dan worden lokale hindernissen opgerekt tot een keten van segmenten met lagere equivalente weerstand, wat de stroming langs die richting verder versoepelt. Hoe langer de uitlijning, hoe groter de orde; korte uitlijning leidt tot een gefragmenteerd beeld. - Geleiden: bandvormige subkritieke corridors vormen
Als uitlijning en verlenging een drempel passeren, ontstaan in de laag één of meer bandvormige subkritieke corridors. “Corridor” is hier puur geometrisch: langs deze banden is doorgang in termen van kromming en geometrie makkelijker, waardoor een grotere latere terugwijking van de buitenste kritieke zone waarschijnlijker wordt.
III. Tijdsignatuur: afwisseling van pulsen en trage vrijgave
- Pulsen die binnenkomen
Spanningspulsen van binnen en golfpakket-input van buiten komen vaak in clusters aan, met variabele amplitude en tussenpozen. - Trage vrijgave
De overgangszone herschrijft die clusters tot gladdere krommingsschommelingen en geeft ze vrij volgens de eigen hersteltijd en geheugentijd van de laag. - Geheugeneffect
Binnen de geheugentijd stapelen in-fase inputs zich op en versterken elkaar; tegenfase-inputs heffen elkaar deels op. Lang geheugen bevordert regelmatige zwak-sterk-reeksen; kort geheugen leidt tot korte, scherpe enkelvoudige reacties.
IV. De relatie tussen overgangszone en “temperament”
- Dikte en volgzaamheid
Een dikke, meegaande laag strijkt sterke input glad en levert stabieler totaalgedrag. Een dunne, stijve laag geeft pulsen eerder direct door aan de buitenste kritieke zone, met abruptere respons tot gevolg. - Uitlijningslengte
Wanneer banden zich gemakkelijk verlengen, verschijnt een uitgesproken geometrische voorkeursrichting over langere trajecten; bij moeizame verlenging blijft die voorkeur lokaal en broos. - Geheugentijd
Een lange geheugentijd creëert samenhangende ritmes en gegroepeerde reacties; een korte geheugentijd veroorzaakt onderbroken, snelle, eenmalige reacties.
Deze grootheden staan niet los van elkaar; samen bepalen zij de frequentie en de amplitude van het latere terugwijken van de buitenste kritieke zone, en daarmee het algemene karakter van de bron.
V. Het lot van externe verstoringen in de overgangszone
Licht en deeltjes van buiten dringen zelden rechtstreeks door de nabije-kernregio heen; doorgaans worden zij in de overgangszone geabsorbeerd, verstrooid of opnieuw verwerkt. Een deel van hun energie en impuls wordt omgezet in lokale krommingsverhogingen en micro-geometrische bijstellingen, wat voorwaarden schept voor later terugwijken. In de praktijk treden twee richtingsgebonden bijstellingen op:
- de lokale bovengrens voor wat zich kan voortplanten wordt iets verhoogd;
- de minimale vereiste voor een uitgaande route wordt iets verlaagd.
Zodra één van beide optreedt, verkleint de kloof tussen “nodig” en “toegestaan”. Of dit daadwerkelijk tot structurele veranderingen of tot een omslag in stromingsregime leidt, valt buiten deze sectie.
VI. Samengevat
De overgangszone fungeert als de “toonregeltafel” van de regio nabij de waarnemingshorizon. Zij zet interne en externe schokken om in gelaagde, ritmische krommingsfluctuaties; met hulp van afschuiving lijnt zij kleine rimpels uit tot banden; en langs gunstige richtingen kan zij bandvormige subkritieke corridors genereren. Deze drie vermogens bepalen samen of de buitenste kritieke zone vaak losser zal worden of juist standvastig blijft—en zo de eerste indruk van een zwart gat: gejaagd of bedaard.
Auteursrecht & licentie (CC BY 4.0)
Auteursrecht: tenzij anders vermeld, berusten de rechten op “Energy Filament Theory” (tekst, tabellen, illustraties, symbolen en formules) bij de auteur “Guanglin Tu”.
Licentie: dit werk valt onder de Creative Commons Naamsvermelding 4.0 Internationaal (CC BY 4.0). Kopiëren, herverdelen, citeren, bewerken en opnieuw verspreiden is toegestaan, voor commerciële en niet‑commerciële doeleinden, mits naamsvermelding.
Aanbevolen bronvermelding: Auteur: “Guanglin Tu”; Werk: “Energy Filament Theory”; Bron: energyfilament.org; Licentie: CC BY 4.0.
Eerste publicatie: 2025-11-11|Huidige versie:v5.1
Licentielink:https://creativecommons.org/licenses/by/4.0/